Welke beelden en verhalen kleuren onze blik op de wereld? Hoe kunnen we ons daar spelenderwijs toe verhouden? Centraal in deze cursus staan diverse filosofen en kunstenaars die zich op eigenzinnige wijze hebben beziggehouden met filosofisch en artistiek zelfonderzoek. Hoe bevragen zij de manier waarop betekenis tot stand komt? En wat betekent dit voor ons ‘zelf’?
Op zoek naar een persoonlijk antwoord op die vraag lezen en bespreken we filosofische tekstfragmenten. Daarnaast verkennen we – voor wie wil beeldend/schrijvend - de randen die dit ‘zelf’ voor ons markeren. Dat maakt het zelfonderzoek tot een speels en spannend fenomenologisch experiment.
Elke bijeenkomst bestaat uit een hoorcollege (n.a.v. een tekst(fragment) van een filosoof), en een deel waarin we stilstaan bij onze eigen (beeldende) reflectie op de tekst en onze persoonlijke vragen en fascinaties. Het fenomenologisch zelfonderzoek vindt dus plaats binnen een filosofisch én artistiek kader, op een manier die je past. Denk aan schrijven, fotografie, collage, muziek, etc. Het staat je uiteraard vrij de resultaten van je onderzoek te delen. En om misverstand te voorkomen: de cursus is geen therapeutische aangelegenheid.
College 1: Voorstellen Eerste kennismaking. In hoeverre benadert een ‘waar’ verhaal over jezelf dat ‘zelf’ beter dan een fictief verhaal? (Paul Thek en Peter Doig)
College 2: Tradities van zelfonderzoek Hoe verhouden tradities van zelfonderzoek zich tot hedendaags zelf-/artistiek onderzoek (Michel Foucault)? We staan stil bij onze onderzoeksvragen: wat en hoe?
College 3: Essayistisch zelfonderzoek Over de kracht van verbeelding (Michel Montaigne). Hoe gaan we om met het effect van vorm? Hoe worden we daardoor bewogen? (Adam Curtis).
College 4: Het zelf als metafoor Hoe kleuren metaforen de wijze waarop we onszelf/de wereld ervaren? (Susan Sontag en Anne Carson)
College 5: Oordelen, niet oordelen of een gulden middenweg? Het esthetisch smaakoordeel bij Kant (Hanna Arendt) en het taoïstische idee van ‘doen door niet te doen’ (Patricia de Martelaere). Hoe verschijnt de ander in ons smaakoordeel?
College 6: Het zelf als mythe en gemeenschap Kunnen we ontsnappen aan onze eigen verhalen? Wat zeggen we als we niet spreken? (Roland Barthes en Patañjali)
College 7: Vorm versus waarheid? Hoe verleidelijk is een goed verhaal? Hoe waar kan het worden? Hoe zit het met onze neiging tot betekenisgeving? (Plato, Augustinus, Hume en Nietzsche)
College 8: De ‘juiste’ woorden vinden Woorden zeggen én doen dingen. Over de performativiteit van taal (Judith Butler en Qiu Zhije).
College 9: De plot willen meemaken Hoe vloeibaar kan het ‘zelf’ worden? Kan een verhaal zonder plot? (Patricia de Martelaere)
College 10: Afscheid nemen Wat hebben we te verliezen? Wat kunnen we loslaten? (Nāgārjuna)
|